Sanne

Voortaan koop jij dus altijd de lekkerste

Bij veel soorten fruit kun je aan de buitenkant wel inschatten wanneer het op zijn best is. Zo zouden we niet snel appels en bananen met bruine plekken kopen — of we maken er bananenbrood of appelmoes van. Bij druiven is dat echter een stuk moeilijker in te schatten. We snappen dat een rimpelige of beschimmelde druif niet zo snel in het boodschappenkarretje belandt, maar welke dan wel? Een echte verse druif herken je op deze manier. 

Witte waas

Verse druiven herken je aan een wittig waasje op de vrucht. Vooral bij de rode en blauwe variant is dit goed te zien. Er bestaat geen vakterm voor, het is gewoon een dauwachtig laagje. Als je met je vinger over de druif gaat kun je het zelfs voelen, mocht je het niet met het blote oog kunnen zien. 

Bescherming 

Op witte druiven is het witte waas iets moeilijker waar te nemen, maar ook als je goed kijkt moet het te zien zijn. De vruchten met zo’n laagje, dát zijn de lekkerste! Het namelijk niets chemisch wat op de vruchten wordt gespoten, maar iets wat de druiven zelf aanmaken. Het is een soort jasje dat ze beschermt tegen uitdroging en verrotting. 

Kleur tak en druiven

Naast het witte waas, is het belangrijk om te letten op de steelaanzet en de kleur. De lekkerste druiven zitten stevig aan de tak vast. De steeltjes moeten groen en flexibel zijn, niet houtachtig en droog. Als we kijken naar de vrucht zelf, moeten rode druiven echt frisrood zijn, blauwe druiven bijna zwart paars en witte druiven gelig groen. Dan zijn ze op hun best, die kun je dus gerust in je mandje stoppen. 

Lees ook: Voor eens en altijd: dit is het verschil tussen krenten en rozijnen

Wil je dit artikel bewaren? Pin ‘m dan op Pinterest!

Bron: Favorflav | Beeld: Pexels, Kai-Chieh Chan