Deze kaas is van nature lactosevrij!

In Nederland zijn er veel mensen die lactose-intolerant zijn; naar schatting verdragen circa 2,5 miljoen mensen geen lactose in hun voeding. Het wel eten van producten met lactose kan leiden tot winderigheid, buikpijn, diarree en ‘gerommel’ in de buik.

En ja, mensen die lactose-intolerant zijn eten daarom ook vaak geen kaas. Heel erg jammer, want juist kaas is zo lekker! Gelukkig gloort er hoop aan de horizon, want er zijn wel degelijk kazen die gewoon door mensen met een lactose-intolerantie geconsumeerd kunnen worden. Om dit uit te kunnen leggen moeten we eerst even dieper ingaan op het productieproces van kaas.

Kaas: het begin
Kaas wordt gemaakt met zuursel en stremsel; het zuursel (de melkzuurbacteriën) eet de lactose (melksuiker) in de kaas op. Het stremsel zorgt ervoor dat de stoffen in de kaas (melkeiwit en melkvet) samenklonteren. Door deze samenklontering ontstaat wrongel. Deze wrongel wordt in een vat gedaan, samengeperst en in zout water gedompeld. Na dit zoute badje is de kaas nog vrij smakeloos en slap. Door te kaas te laten rijpen verkrijgt hij meer smaak.

Lactosevrij
Hoe lang de kaas heeft gerijpt, bepaalt de hoeveelheid lactose in de kaas. Het toegevoegde stremsel eet immers de lactose op, dus hoe langer een kaas heeft gerijpt, hoe minder lactose erin zit. De meeste oude kazen bevatten daarom ook nagenoeg geen lactose meer en kunnen gewoon gegeten worden door mensen met een lactose-intolerantie. Denk hierbij bijvoorbeeld aan Parmezaanse kaas, Goudse kaas of gerijpte cheddar. Door op het etiket van de kaas te kijken kun je erachter komen of deze veel lactose bevat; des te meer koolhydraten de kaas bevat (koolhydraten = suiker), des te meer lactose de kaas bevat. Kazen die rijk zijn aan lactose bevatten meer dan vijf gram koolhydraten per honderd gram.

Bron: Elle Eten | Beeld: TEFL Iberia