Recept: traditionele Italiaanse amaretti koekjes

Knapperig vanbuiten, zacht vanbinnen

Amaretti betekent in het Italiaans letterlijk ‘kleine bittere’. Wie het koekje ooit heeft geproefd, snapt dan ook meteen waar die naam vandaan komt. Amaretti worden gebakken van een mengsel van fijngemalen bittere amandelen, gewone amandelen en zoet, luchtig geklopt eiwit. Omdat het koekje op een lage temperatuur wordt gebakken, krijgt hij een lekker knapperig korstje, maar blijft de binnenkant lekker zacht en smeuïg. Is het koekje té zacht naar je smaak, dan kun je het altijd wat langer in de oven laten staan!

De Italianen weten wel hoe ze koekjes moeten bakken.

Gebruikers van de mobiele versie van onze site vinden de ingrediëntenlijst onderaan dit artikel.

Zo maak je de amaretti koekjes:

• Verwarm de oven voor op 160 °C.
• Scheid de eiwitten van de eierdooiers en doe de eiwitten in een grote kom (de eierdooiers gebruik je niet). Voeg een snufje zout toe en klop de eiwitten met een elektrische mixer tot stijve pieken.
• Meng in een kom het amandelmeel en de suiker door elkaar.
• Voeg 1/3 van het meel-suikermengsel toe aan de eiwitten en spatel het door elkaar. Voeg vervolgens het vanille- en amandelextract toe en roer opnieuw.
• Voeg al roerend weer 1/3 van het meel-suikermengsel toe en wanneer dat is vermengd, voeg je het laatste deel toe.
• Maak kleine bolletjes van het deeg en rol elk bolletje eerst door de kristalsuiker en vervolgens door de poedersuiker. Leg de balletjes op een met bakpapier beklede bakplaat en druk elk balletje lichtjes aan.
• Bak de koekjes 25 minuten in de oven en laat ze daarna afkoelen.
• Smullen maar!

Lees ook: Recept: chocolade-wolkenkoekjes