Zó schattig en onwijs lekker!

Wie kent het niet: Brabantse worstenbroodjes. In elke Nederlandse supermarkt zijn ze kant-en-klaar te verkrijgen, maar zelf maken is natuurlijk wel nog nét iets lekkerder. Daarom is het hoog tijd om dit typische broodje uit Noord-Brabant weer eens goed op de kaart te zetten. 

Wist je dat het worstenbroodje is ontstaan als een manier om vlees langer houdbaar te maken door het in deeg te rollen en te bakken?

Wat heb je nodig? (voor 10 mini worstenbroodjes)

• 250 gram (mager) rundergehakt
• 10 vellen deeg voor hartige taart
• 1 ei
• 1 sjalotje
• 3 à 4 eetlepels paneermeel
• peper en zout naar smaak
• een snufje paprikapoeder
• 1 theelepel mosterd

Zo maak je het:

• Laat de vellen deeg ontdooien en verwarm de oven voor op 200 °C.
• Hak het sjalotje fijn en meng met het gehakt.
• Voeg de mosterd, peper, zout en paprikapoeder toe en schep door elkaar.
• Klop het ei los en voeg de helft toe aan het gehakt. Voeg dan wat paneermeel toe om het gehaktmengsel stevig te krijgen.
• Kneed 20 kleine worstjes, met ongeveer de lengte van de helft van een plakje deeg.
• Snijd de vellen deeg doormidden en leg een worstje vooraan op een helft en rol hem er losjes in.
• Druk de naden goed dicht. Gebruik eventueel een beetje water.
• Leg de worstenbroodjes met de naad naar beneden op de bakplaat.
• Bestrijk ze met het resterende ei en bak de broodjes 25 minuten in de oven.
• Tip: de worstenbroodjes zijn extra lekker met wat tomatenketchup!

Bekijk de gehele instructie van Leuke Recepten hier: